Naar de brievenbus van de school. |
Waar is de brievenbus? |
Draai je eens allemaal om. |
Daar is de brievenbus! |
Aan de achterkant zit een deurtje. |
Het deurtje is gesloten. Juf heeft de sleutel. |
Er zitten speelgoedboekjes in van Sinterklaas! |
Speelgoedboekjes inkijken. |
Wat wil jij graag van de Sint? |
Plakken: een speelgoedje dat we graag willen van de Sint. |
De brief voor Sinterklaas is klaar. |
We stoppen de brief in een envelop. |
We brengen de brief naar de brievenbus van de post. |
De postbode heeft dit jaar een brievenbus op school gezet. |
De postbode zal de brief aan Sinterklaas bezorgen. |
Speelgoed maken met noppers. |
Winkelspel in de speelgoedwinkel. |
Speelgoed kopen en verkopen. |
Knippen en plakken: veel speelgoed in de zak van Sinterklaas. |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten